Ik kan me niet herinneren dat wij vroeger ooit een oppas hebben gezien. Geen studente met spelletjes, geen buurvrouw met koekjes en geen pubermeisje met teveel tv. We gingen niet naar de crèche, ook niet naar de BSO (buitenschoolse opvang), en hoefden nooit uit logeren als mijn ouders weg gingen. Wij hadden geen oppas. Wij hadden oma. En oma was spelletjes, koekjes en BSO in één.
Ze was in ieder geval twee dagen per week bij ons, en dan was ze de Baas van Alles. Ze waste, ze kookte en ze zorgde voor mijn zus, broertje en mij. Oma groeide mee met het gezin en alle fasen van ons leven. Woensdagavond was voor ons, dan gingen mijn ouders weg en dronken we thee met chocola, terwijl zij vertelde over vroeger en ik over verkering. Oma wist alles, begreep alles en verklapte niks. Ze sliep altijd (ook hartje winter) met de balkondeur open en daar is ze 93 mee geworden. Deze en andere levenslessen worden nog regelmatig aangehaald in onze familie en zo draagt oma nog steeds een beetje bij aan onze opvoeding.
Als kind was ik vooral heel dol op onze extra huisgenoot, maar als moeder begreep ik pas echt dat oma’s aanwezigheid van onschatbare waarde is geweest voor ons gezin. Niet alleen omdat het letterlijk duizenden guldens heeft gescheeld dat er geen crèches/BSO/studentes betaald hoefden te worden voor de opvang van drie kinderen, maar ook omdat het figuurlijk onbetaalbaar is om je liefste bezit (en de wasmand) achter te kunnen laten bij de op één-na-beste moeder van de wereld. En omdat mijn ouders daardoor hun carrière konden opbouwen, op de overige dagen de zorg konden verdelen en zo de bekende work-life balance (waar moeders 30 jaar geleden dus ook al mee worstelden) daadwerkelijk in balans bleef. Oma was koekjes, BSO en life saver in één.
En nu is de cirkel rond. Want nu ben ik de moeder en zij (ook voor het gezin van mijn zus) de life savers. Onze meisjes gaan 1.5 dag naar de crèche, daarnaast verdelen Man en ik de zorg en wordt er ook nog wel eens een studente of buurvrouw ingeschakeld. Maar uiteindelijk wordt het altijd vrijdag. En vrijdag is Opanomadag.
LEES OOK: BLOG RONNE; VIVA VERLOF!
Dan brengen we voor dag en dauw de meisjes in pyjama naar mijn ouders, omdat het feest niet kan beginnen voordat ze daar uitgebreid in bad zijn geweest. De rest van de dag wordt gevuld met rituelen als wandelen naar de plaatselijke kaasboer, kijken of de egel in de tuin al wakker is en slapen in de vogeltjeskamer (refererend aan het behang). Soms plannen Man en ik date night op vrijdag (whiehoe!) en blijven de meisjes logeren, maar meestal halen we ze ’s avonds op en luisteren we naar alle avonturen die op Opanomadag in de polder zijn beleefd. Voor ons alle zes geen betere manier om het weekend te beginnen.
En sinds we zelf een huis-met-ruimte hebben (zie laatste blog!) komen opanoma ook regelmatig voor dag en dauw naar Amsterdam, waar de dag wordt gevuld met rituelen als wandelen naar de plaatselijke bakker, koffiedrinken in het Vondelpark en Nijntje kijken op opa’s telefoon. Niet zelden worden ook meteen de nieuwe planken opgehangen, de was opgevouwen en de bloemen ververst.
Op zo’n dag thuiskomen in een huis met zoveel liefde én het eten op tafel is een full circle moment van onschatbare waarde, en zorgt juist aan het einde van een drukke week voor balans en rust in huis en hoofd. Wij hebben geen oppas. Wij hebben opanoma. En die zijn alles in één.
LEES OOK;
Hoi Ronne, je moeder stuurde me net de link door. Ik ben meteen gaan lezen. Wat heb je goed en ook heel mooi geschreven! En voor mij zo herkenbaar ook. Als mijn moeder langer had mogen blijven leven, had het zomaar ons verhaal kunnen zijn. Ze is maar 61 geworden en was zo gek op Janneke en Pauline. En zij op oma. Liefs, Joke